Zeven jaar extra cel voor tot levenslang veroordeelde tramschutter.
Het gerechtshof in Den Haag heeft woensdag zeven jaar extra celstraf opgelegd aan de al tot levenslang veroordeelde tramschutter Gökmen T. (43), voor het neersteken van een gevangenisbewaarder, het gooien van kokende olie naar een andere bewaarder en verschillende vernielingen in PI De Schie. De opgelegde straf is dezelfde als het Openbaar Ministerie in hoger beroep had geëist.
In februari 2021 stak T. een personeelslid van de Rotterdamse gevangenis De Schie in zijn hals met een van een koperen leiding uit zijn koelkast gefabriceerd steekwapen. Het slachtoffer raakt gewond aan het oor en de wang. Er was sprake van poging tot moord, mede omdat hij het wapen meegenomen en gemaakt had.
De voor moorden veroordeelde Utrechter Gökmen T. werd in december vorig jaar door de Rotterdamse rechtbank veroordeeld voor poging tot moord op de gevangenisbewaarder in PI De Schie. De rechtbank legde hem geen extra celstraf op, terwijl het Openbaar Ministerie tien jaar cel had geëist. De rechtbank oordeelde dat extra strafoplegging ‘geen redelijk doel meer dient’ en vooral een symbolische betekenis heeft. Zij verklaarde T. schuldig, maar legde geen straf op. Het OM ging in hoger beroep.
T. is woensdag door het gerechtshof in hoger beroep veroordeeld tot zeven jaar extra cel wegens poging moord op een gevangenisbewaarder, poging zware mishandeling van een andere PI-medewerker en aldaar gepleegde vernielingen. Zo sloopte hij in 2021 spullen in de recreatieruimte en vernielde hij in juli 2022 fitnessapparatuur.
Anders dan de rechtbank is het hof van oordeel dat in de onderhavige zaak niet bepaald kan worden dat aan T. geen straf of maatregel wordt opgelegd, onder meer omdat het om ernstige feiten gaat en vergelding op zijn plaats is. Ook laat bestraffing zien dat iemand die al levenslang heeft er niet mee wegkomt als hij in de penitentiaire inrichting strafbare feiten pleegt.
Gökmen T. kreeg al een levenslange celstraf voor het doodschieten van vier mensen in een tram in Utrecht in 2019.
Zeven jaar extra cel voor tot levenslang veroordeelde tramschutter.
Het gerechtshof in Den Haag heeft woensdag zeven jaar extra celstraf opgelegd aan de al tot levenslang veroordeelde tramschutter Gökmen T. (43), voor het neersteken van een gevangenisbewaarder, het gooien van kokende olie naar een andere bewaarder en verschillende vernielingen in PI De Schie. De opgelegde straf is dezelfde als het Openbaar Ministerie in hoger beroep had geëist.
In februari 2021 stak T. een personeelslid van de Rotterdamse gevangenis De Schie in zijn hals met een van een koperen leiding uit zijn koelkast gefabriceerd steekwapen. Het slachtoffer raakt gewond aan het oor en de wang. Er was sprake van poging tot moord, mede omdat hij het wapen meegenomen en gemaakt had.
De voor moorden veroordeelde Utrechter Gökmen T. werd in december vorig jaar door de Rotterdamse rechtbank veroordeeld voor poging tot moord op de gevangenisbewaarder in PI De Schie. De rechtbank legde hem geen extra celstraf op, terwijl het Openbaar Ministerie tien jaar cel had geëist. De rechtbank oordeelde dat extra strafoplegging ‘geen redelijk doel meer dient’ en vooral een symbolische betekenis heeft. Zij verklaarde T. schuldig, maar legde geen straf op. Het OM ging in hoger beroep.
T. is woensdag door het gerechtshof in hoger beroep veroordeeld tot zeven jaar extra cel wegens poging moord op een gevangenisbewaarder, poging zware mishandeling van een andere PI-medewerker en aldaar gepleegde vernielingen. Zo sloopte hij in 2021 spullen in de recreatieruimte en vernielde hij in juli 2022 fitnessapparatuur.
Anders dan de rechtbank is het hof van oordeel dat in de onderhavige zaak niet bepaald kan worden dat aan T. geen straf of maatregel wordt opgelegd, onder meer omdat het om ernstige feiten gaat en vergelding op zijn plaats is. Ook laat bestraffing zien dat iemand die al levenslang heeft er niet mee wegkomt als hij in de penitentiaire inrichting strafbare feiten pleegt.
Gökmen T. kreeg al een levenslange celstraf voor het doodschieten van vier mensen in een tram in Utrecht in 2019.